Pabo-studenten als lezende leerkrachten

Gepubliceerd op: 12 juni 2024 14:38

Pabo-studenten zijn de leesbevorderaars van de toekomst. Daarom is het belangrijk dat ze zelf plezier beleven aan lezen en dit ook weten over te brengen op hun leerlingen. Bij Fontys Den Bosch wordt hier hard aan gewerkt, met diverse initiatieven en activiteiten die het leesplezier onder studenten vergroten. Joost Maes, docent aan de opleiding leraar basisonderwijs van Fontys, deelt zijn ervaringen en inzichten over deze activiteiten en het belang van lezen in de opleiding.

Taal- en leesontwikkelende leerkracht

Vanuit het instituut is er nagedacht over hoe ze pabo-studenten willen afleveren aan het werkveld en dit is vertaald naar een beleid. “We willen een taal- en leesontwikkelende leerkracht afleveren”, vertelt Joost. “De leesontwikkelende leerkracht bestaat uit twee onderdelen: een lezende en een leesbevorderende leerkracht. De lezende leerkracht heeft kennis van het actuele kinderboekenaanbod en leest zelf met regelmaat kinderboeken. De leesbevorderende leerkracht beschikt over de juiste kennis, vaardigheden en attitude om kinderen het plezier in lezen bij te brengen. De ontwikkeling tot een leesbevorderende leerkracht gaat vaak goed tijdens de studie, maar de ontwikkeling naar lezende leerkracht kan een stuk beter. Daarom hebben we nagedacht hoe we van de pabo een rijkere leesomgeving kunnen maken. Zo hebben we bijvoorbeeld een departement van Het Ministerie van Boekenzaken in Den Bosch opgezet.”

Het Ministerie van Boekenzaken is een landelijk initiatief dat zich inzet voor leesbevordering in Nederlandse taalgebieden. Joost wilde graag met een groep studenten een departement in Den Bosch starten. “Met studenten en docenten denken we na hoe we van de pabo een leesrijke omgeving kunnen maken en verschillende activiteiten kunnen organiseren. Zoals schrijversbezoeken, leesevents en natuurlijk de Pabo Voorleeswedstrijd.”

De Pabo Voorleeswedstrijd

Dit studiejaar wordt de Pabo Voorleeswedstrijd voor het laatst georganiseerd. Stichting Lezen gaat op zoek naar nieuwe activiteiten waarbij álle studenten worden bereikt en gemotiveerd om meer (voor) te lezen. Iets wat Joost ook herkent. “De voorleeswedstrijd was voorheen iets vrijblijvender”, vertelt Joost. “Dan werd er aan de student gevraagd: ‘Is de voorleeswedstrijd niet iets voor jou?’. Maar dan krijg je vaak de student die al goed kan voorlezen. Je mist dus een heleboel studenten die daar nog mee in aanraking moeten komen. Uiteindelijk moet elke student een leesontwikkelende leerkracht worden en de liefde voor kinderboeken ervaren.”

Om iedereen hierbij te betrekken, werd er voorafgaand aan de wedstrijd tijdens de lessen aandacht besteed aan voorlezen. “Zo kunnen we studenten er goed op voorbereiden. Tijdens de lessen lezen we gezamenlijk voor uit een boek en geven ze in groepjes feedback op elkaar. Zo raken studenten gewend aan het voorlezen aan elkaar. Veel studenten vinden het spannender om aan elkaar voor te lezen, dan aan een groep kinderen”, legt Joost uit.

Tijdens het tutormoment komen groepjes studenten samen om de persoonlijke en professionele ontwikkeling te bespreken. Joost: “De voorrondes van de wedstrijd doen we tijdens de tutormomenten. Studenten stemmen op elkaar met een speciale stemtool. De student die daar als beste naar voren komt, gaat naar de Bossche finale.”

Samenwerking met Huis73

Dit studiejaar heeft Huis73 twee workshops verzorgd rondom leesbevordering aan de finalisten. Tijdens de workshops kregen de studenten tips over voorlezen en gingen ze nadenken over hun rol als leesbevorderaar. “De leesconsulent van Huis73 kwam in de klas vertellen over het voorlezen," geeft Joost aan. "De eerste bijeenkomst was vooral gericht op het kiezen van een boek en het snuffelen aan fragmenten. Maar ook samen nadenken over de vraag ‘Wie ben ik als leesbevorderaar en waarom vind ik dat belangrijk?’. In de tweede bijeenkomst oefenden de studenten het gekozen fragment en gaven ze meer betekenis aan hun rol als leesbevorderaar. Zo kunnen ze uitleggen waarom het boek geschikt is voor kinderen en hoe ze het kunnen gebruiken in de les.”

Boeken zijn breder in te zetten

Joost vindt het belangrijk dat studenten en docenten inzien dat boeken ook bij andere vakken ingezet kunnen worden op de basisschool. “Je kan veel meer met boeken dan alleen voorlezen in je lessen. Bijvoorbeeld bij het thema wereldoriëntatie en natuur kun je prachtige materialen vinden voor in je lessen. Of als je vanuit geschiedenis bezig bent met het onderwerp kinderarbeid dat je dan een stuk uit het boek ‘Prutje’ van Pieter Koolwijk erbij pakt”, geeft Joost aan. “Dan kan je kinderen echt laten voelen en ervaren hoe het was om in een fabriek te werken. En ze na laten denken over wat dat doet met die gezinnen om in zo’n situatie te zitten. Je stimuleert zo het inlevingsvermogen.”

Ook op Fontys probeert Joost over te brengen dat het lezen niet alleen bij het vak taal hoort. Daar zit wel ook meteen een dilemma. Sinds kort is de mediatheek wegbezuinigd bij Fontys. “We hebben nu net de studenten en docenten aangewakkerd om meer te lezen. Maar nu missen we de mooie voorbeelden in de mediatheek. We vinden het heel belangrijk dat we meer gaan lezen, maar tegelijkertijd wordt er een heel ander signaal afgegeven met de beperkte collectie die we nu nog hebben. Dat voelt wel wrang.”

Gelukkig komt er vanuit de Leesbevorderingsimpuls Masterplan Basisvaardigheden binnenkort geld beschikbaar. Hierdoor kan de pabo, samen met de Bibliotheek, de collectie van de pabolocaties een impuls geven.

Rijke leesomgeving

Joost zijn grootste droom voor de toekomst? Een rijke leesomgeving met een mooie bibliotheek met recente jeugdliteratuur. “Ik hoop studenten te stimuleren om mee te doen met de Boekenbingo. Dat is een initiatief waarbij je in een halfjaar zestig boeken leest. Twintig gericht op de onderbouw, twintig op de middenbouw en twintig op de bovenbouw”, vertelt Joost enthousiast. “Er zit een hoop expertise bij de Bibliotheek. Ze hebben veel kennis van kinderboeken en heel veel mooie werkvormen. Het zou zo mooi zijn als we studenten veel meer kunnen laten grasduinen tussen de boeken. Zo krijgen ze echt boekenkennis.”


In gesprek met een toekomstige leesbevorderaar

Kan je jezelf even voorstellen?

Ik ben Britt Leijten, ik ben 20 jaar en ik kom uit Rosmalen. Ik zit in het eerste jaar van de pabo en heb het er erg naar mijn zin.

Waarom heb je voor de pabo gekozen?

Hiervoor heb ik mbo gedaan en dat was meer gericht op entertainment en evenementen. Het entertainment had ik na een paar jaar wel gezien. Toen ben ik verder gaan zoeken. Ik geef zelf ook skiles en het omgaan met kinderen vond ik erg leuk. Dus dat heeft me naar de pabo geleid.

Hou je zelf ook van lezen?

Als kind las ik wel veel. Mijn moeder moest altijd naar boven komen om te zeggen dat ik mijn lampen uit moest doen. Vaak ging ik dan toch stiekem verder lezen. Nu lees ik door de opleiding ook weer wat meer.

Hoe zie je jouw rol als toekomstige leesbevorderaar?

Je moet als leerkracht zelf het goede voorbeeld geven. Want als je zelf niet uitdraagt dat lezen leuk en belangrijk is, dan komt dat bij leerlingen ook niet binnen. Ik ben er op mijn stage op gaan letten en merk nog vaak weerstand bij kinderen als ze moeten gaan lezen. Ze moeten elke dag een halfuur zelfstandig lezen en twee keer in de week lezen we voor. Maar dat wordt nog best vaak aan de kant gezet voor een filmpje kijken.

Je hebt ook meegedaan aan de voorrondes van de voorleeswedstrijd, hoe vond je dat?

Ik vond het heel leuk om mee te doen. Die aanloop ernaartoe met de klas was ook erg leuk. We hebben ook twee lessen gehad van Huis73. Het was heel fijn om tips te krijgen. Er werd echt meegekeken met je keuze voor een fragment en je ging nadenken over hoe je het fragment in de les kan inzetten.

Welk fragment had je gekozen en waarom?

Ik had een stuk uit Oorlogswinter van Jan Terlouw gekozen omdat het een spannend boek is. Daar krijg je leerlingen echt in mee. Het was vroeger ook mijn lievelingsboek als kind. Dat ik het verhaal al kende, maakte de keuze ook wat makkelijker.

Heb je een tip voor andere pabo-studenten of toekomstige pabo-studenten als het gaat om leesplezier?

Het zit hem vooral in het blijven doen. Ga een kinderboek lezen, kies een pakkend stuk en lees het voor in je klas. Of ga zelf lezen tijdens het halfuur zelfstandig lezen. Vaak worden kinderen dan ook nieuwsgierig en kun je kinderen aansporen om dat boek ook te gaan lezen.